“………We hebben ons best gedaan”, zegt Jort Steeging. Hij is een van de bouwers van het paasvuur van Espelo, een buurtschap met 370 inwoners in de provincie Overijssel. De basis van het 14 meter en 12 centimeter hoge bouwwerk hebben ze met een kraan gelegd, geeft hij toe, maar vanaf zes meter hoogte is het allemaal handwerk. „Vrijdag was het nog 16 meter hoog, maar hij is omgevallen.” Het zou kunnen dat daardoor zowel de hoogte als de omtrek van ruim 83 meter voorbijgestreefd zijn door het paasvuur van Dijkerhoek, vier kilometer verderop. „Volgend jaar weer een kans”, zegt de 17-jarige Steeging. Paasvuren kennen in het oosten van het land een rijke geschiedenis. Honderden – lang niet allemaal zo groot als deze – worden er in de weken voor Pasen opgebouwd. In 1987 haalde Espelo zelfs een Guinness World Record, door een paasvuur van 27,87 meter te bouwen. De hoogste ooit. Toch brengen de vuren naast vreugde ook zorgen. De hoge concentratie fijnstof en PAKs die vrijkomen zorgen voor pieken bij meetstations van luchtkwaliteit in de wijde omtrek. Het RIVM waarschuwt dat er tot en met maandag sprake kan zijn van smog. In Espelo maken ze zich daar niet druk over. De bouwers, zo’n 45 man, hebben allemaal een zwart shirtje aan met het logo van de paasvuurvereniging. Ze zijn in december begonnen met verzamelen van het hout, vertelt woordvoerder Marc Oostenenk (22). Dat doen ze in samenwerking met Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. „We halen de dennenbomen van de hei, om het landschap te beschermen. Anders wordt het een bos, en gaat de hei verloren.” Zo’n tweeduizend bezoekers worden verwacht te komen kijken naar hoe dat snoeihout in rook opgaat. De tent, waar later op de avond een band en dj op zullen treden, staat klaar. ‘Nuchter blijven heeft geen nut’, staat boven de meterslange bar. „Wij komen élk jaar”, zegt Kiona Schrijver (16). Ze knikt naar de vier vriendinnen waar ze mee is……”